54.2 Velden selecteren in Zoekcriteria en Regels

Dit gedeelte bevat uitleg over een groot aantal velden die beschikbaar zijn tijdens het opstellen van een geavanceerde zoekopdracht of een regel. Andere door gebruiker gedefinieerde velden kunnen eveneens beschikbaar zijn.

Veldnaam

Dit veld verwijst naar:

Veldcriteria invoeren

% voltooid

Het deel van een taak dat is voltooid.

Geef op hoe ver de taak is gevorderd in procenten. U kunt Is gelijk aan, Kleiner dan, Groter dan, enzovoort gebruiken.

Aan

De naam van een persoon die wordt weergegeven in het veld Aan van een item.

Geef een naam op in het veld Aan.

Aantal beantwoord

Het aantal ontvangers dat een door u verzonden item heeft beantwoord.

U kunt een geheel getal opgeven of een variabele selecteren in de vervolgkeuzelijst, afhankelijk van het argument.

Aantal geaccepteerd

Het aantal ontvangers dat een door u verzonden item heeft geaccepteerd.

U kunt een geheel getal opgeven of een variabele selecteren in de vervolgkeuzelijst, afhankelijk van het argument.

Aantal geopend

Het aantal ontvangers dat een door u verzonden item heeft geopend.

U kunt een geheel getal opgeven of een variabele selecteren in de vervolgkeuzelijst, afhankelijk van het argument.

Aantal verwijderd

Het aantal ontvangers dat een door u verzonden item heeft verwijderd.

U kunt een geheel getal opgeven of een variabele selecteren in de vervolgkeuzelijst, afhankelijk van het argument.

Aantal voltooid

Het aantal ontvangers dat een door u verzonden item heeft voltooid.

U kunt een geheel getal opgeven of een variabele selecteren in de vervolgkeuzelijst, afhankelijk van het argument.

Account

Het account waarmee het item is verzonden of het account waarvan het item is ontvangen.

Geef GroupWise, POP3, IMAP of NNTP op.

Auteur

De naam van de persoon die een document heeft geschreven.

Geef de naam van de auteur op.

Bedrijf van beller

Tekst die wordt weergegeven in het veld Bedrijf van beller van een telefoonnotitie.

Geef de naam van een bedrijf op.

Bericht

Tekst die in het vak Bericht van een item wordt weergegeven.

Geef de tekst voor het veld Bericht geheel of gedeeltelijk op.

Bestandsextensie

De bestandsnaamextensie van een document in een bibliotheek.

Geef een bestandsnaamextensie op (bijvoorbeeld .exe).

Bezorgd

De datum en de tijd waarop het item in de postvakken van de ontvangers is bezorgd.

U kunt een tijdsperiode opgeven waarbinnen het item valt of een exacte datum opgeven, afhankelijk van het argument.

Bibliotheek

De bibliotheek waarin documenten worden opgeslagen.

Selecteer de bibliotheek in de vervolgkeuzelijst.

Bijlagen

Bijlagen met door u opgegeven teksten of tekstdelen.

Geef de tekst van de bijlage op.

Bijlagenlijst

De typen van de bijlagen, zoals bestanden, geluidsfragmenten, filmfragmenten of OLE-objecten.

Regels aan de hand waarvan de lijst met bijlagen wordt gecontroleerd, herkennen bijlagen alleen wanneer deze op het eerste niveau van het bericht bevinden. Bijlagen die lager in de berichthiërarchie zijn genest, worden niet herkend door de regel.

Selecteer een bijlage in de vervolgkeuzelijst.

Bron

Of het item is ontvangen, verzonden of gepost en of het item een conceptbericht is.

Selecteer de bron van de berichten in de vervolgkeuzelijst.

Categorie

De categorie die is toegewezen aan een item.

Geen een bestaande categorie op.

Categorie van taak

De alfabetische prioriteit van een taak (A, B, C enzovoort).

Voer één letter in.

CC

De naam van een persoon wordt weergegeven in het veld CC.

Geef in het veld CC een naam op.

Datum voltooid

De datum waarop een gebruiker een taak markeert als Voltooid.

Geef de datum op waarop de taak is voltooid. U kunt Gelijk aan gebruiken of u kunt Voor of Na de datum van vandaag gebruiken.

Document gemaakt door

De naam van de persoon die het document heeft gemaakt.

Geef de naam van de auteur op.

Document gemaakt op

De datum waarop het document is gemaakt.

U kunt een tijdsperiode opgeven waarbinnen het item valt of een exacte datum opgeven, afhankelijk van het argument.

Documentnummer

Het nummer van een document.

Geef een geheel getal op.

Documenttype

Het type van een document in de bibliotheek, zoals een formulier, onkostenrapport, memo, enzovoort.

Voer een documentnaam in.

Gemaakt

De datum waarop u op de knop Verzenden hebt geklikt of een persoonlijk item in uw agenda hebt gepost.

U kunt een tijdsperiode opgeven waarbinnen het item valt of een exacte datum opgeven, afhankelijk van het argument.

Geopend door

De naam van de persoon die deze versie van een document het laatst heeft geopend.

Geef een naam op.

Geopend op

De datum waarop een document het laatst werd geopend.

U kunt een tijdsperiode opgeven waarbinnen het document valt of een exacte datum opgeven, afhankelijk van het argument.

Gepost door

Naam die wordt weergegeven in het veld Van van een persoonlijk item.

Geef het veld Van op.

Gestart

De begindatum van een taak. Als een taak naar de volgende dag wordt doorgeschoven, wordt de nieuwe datum de begindatum.

U kunt een tijdsperiode opgeven waarbinnen de taak valt of een exacte datum opgeven, afhankelijk van het argument.

Grootte

De grootte van een item inclusief de bijlagen.

Geef een geheel getal op.

Itemstatus

Of een item is geaccepteerd, voltooid, geopend, gelezen, als privé is gemarkeerd en of het onderwerp is verborgen.

Selecteer de status van het item in de vervolgkeuzelijst.

Mijn onderwerp

Tekst die wordt weergegeven in het veld Mijn onderwerp.

Geef de tekst van Mijn onderwerp geheel of gedeeltelijk op.

Naam van beller

Tekst die wordt weergegeven in het veld Beller van een telefoonnotitie.

Geef de naam van een beller op.

Onderwerp

Tekst die in het veld Onderwerp van een item wordt weergegeven.

Geef de tekst voor het veld Onderwerp geheel of gedeeltelijk op.

Persoonlijke bijlagen

Tekst in bijlagen die aan ontvangen items zijn toegevoegd.

Geef de tekst op waar u naar wilt zoeken.

Plaats

Tekst die in het vak Plaats van een afspraak wordt weergegeven.

Vul het veld Plaats gedeeltelijk of helemaal in.

Prioriteit

De prioriteit van een item: hoog, normaal of laag.

Selecteer de prioriteit in de vervolgkeuzelijst.

Prioriteit van taak

De numerieke prioriteit van een taak (1, 2, 3, enzovoort).

Geef een geheel getal op.

Rubriek

Rubrieken zoals berichten, afspraken, enzovoort.

Selecteer de rubriek in de vervolgkeuzelijst.

Soort afschrift

Het type bericht dat een gebruiker ontvangt (Aan, CC of BC).

Selecteer Aan, CC of BC in de vervolgkeuzelijst.

Subcategorie

Andere items zoals formulieren, aangepaste berichten en C3PO's.

 

Telefoonnummer van beller

Het telefoonnummer dat wordt weergegeven in het vak Telefoon van een telefoonnotitie.

Geef een nummer op.

Termijn/einddatum

De termijn of de einddatum en -tijd van een afspraak.

U kunt een tijdsperiode opgeven waarbinnen de taak of afspraak valt of een exacte datum opgeven, afhankelijk van het argument.

Threadstatus

De status die is toegewezen aan een item in een berichtenthread.

Geef Lezen, Kijken of Negeren op.

Toegewezen datum

De begindatum van een taak.

U kunt een tijdsperiode opgeven waarbinnen de taak valt of een exacte datum opgeven, afhankelijk van het argument.

Totaal aantal ontvangers

Het totale aantal ontvangers van een item.

U kunt een geheel getal opgeven of een variabele selecteren in de vervolgkeuzelijst, afhankelijk van het argument.

Van

De naam van een persoon in het veld Van van een item.

Geef het veld Van op.

Versie - beschrijving

De beschrijving van de documentversie.

Geef een beschrijving van de documentversie op.

Versie - gemaakt op

De datum waarop een specifieke versie van een document is gemaakt.

U kunt een tijdsperiode opgeven waarbinnen het document valt of een exacte datum opgeven, afhankelijk van het argument.

Versie - status

De huidige status van een document.

Selecteer een status in de vervolgkeuzelijst.

Versie – gemaakt door

De naam van de persoon die deze versie van een document heeft gemaakt.

Geef de naam van de auteur op.

Versienummer

Het versienummer van het document.

Selecteer de versie in de vervolgkeuzelijst of klik op Versie selecteren en geef een versienummer op.

Verzendopties

Items met de verzendoptie Antwoord gewenst.

Selecteer de optie in de vervolgkeuzelijst.

Weergavenaam

De naam van de weergave waarin u een item maakt of leest. De weergavenamen komen overeen met de namen die worden weergegeven wanneer u op de pijl omlaag naast de itemweergaveknoppen in de werkbalk klikt.

Geef een weergavenaam op.